vrijdag 17 april 2009

OPDRACHT 4 

 

BIT-verslag hoofdstuk 1 Meaningful Learning

 

Begrijpen

 

  • De strekking van wat ik lees is me voor het grootste gedeelte duidelijk. Alleen  de aannames die gemaakt worden op blz.7 “Learning With Technology” begrijp ik niet.
  • Mijn engels is niet van zo’n niveau dat ik kan bepalen of de argumentatie  juist is. In de meeste gevallen vind ik de argumentatie wel helder.
  • Vragen die nu bij mij opkomen zijn de volgende
    1. Kan iemand mij de aannames van blz. 7 uitleggen?
    2. Hoe worden de punten die bij de conclusie worden genoemd op dit moment in het onderwijs aangepakt (zonder technologie dus)?

 

Integreren

 

  • Ik ben dansdocente dus mijn eigen ervaringen berusten vooral op leren door te doen. Soms maak ik video-opnames om mijn cursisten op een andere manier te laten reflecteren. Ook laat ik ze vaak samenwerken.
  • Voorbeelden of tegenvoorbeelden van wat ik heb gelezen? Ik ervaar mijn tijd achter de computer tot nu toe als eenzaam. Ik geef veruit de voorkeur aan elkaar in levende lijve ontmoeten. Maar ik heb ook het idee dat ik niet optimaal gebruik maak van technologie. Ik verdrink bijna in de vele opties die geboden worden en dan haak ik af.
  • Verbanden met andere onderwerpen of theorieën? Daar weet ik op dit moment geen antwoord op.
  • De punten die bij de conclusie genoemd worden spreken me zeer aan. Ik vind het belangrijk dat een kind zich op meerdere vlakken kan ontwikkelen en dus ook op meerdere vlakken aangesproken wordt op school. Op mijn stageschool noemen ze dat : met hoofd, hart en handen. Ik zou daar het element samenwerken aan toe willen voegen.

 

Toepassen

 

  • Ik ben net begonnen met stagelopen en ga a.s. maandag mijn eerste instructieles geven. Ze werken er met een SMART-bord dus ik heb mijn eerste ppt gemaakt. Dat was al zoveel werk dat ik aan andere belangrijke zaken (het leren samenwerken) nog niet toegekomen ben.
  • Concrete voornemens heb ik op dit moment nog niet. Ik wil eerst nog meer voorbeelden zien en meer over het onderwerp leren.

 

donderdag 16 april 2009

Gisteren heb ik een samenvatting gemaakt. Nu lees ik in de opdrachten dat een BIT-verslag heel iets anders is dan een samenvatting. Aan de slag dus maar weer.

Samenvatting  Meaningful Learning With Technology

 

 Hoofdstuk 1 : Wat is zinvol leren?

 

Alleen leren voor toetsen is niet zinvol genoeg omdat daarmee maar een gedeelte van de eigenschappen die een kind kan ontwikkelen gestimuleerd worden.

Beter is om de leerlingen opgaven te geven die het herkennen en samen oplossen van problemen, het begrijpen van nieuwe fenomenen en het zelf leren leren stimuleren.

 

Dit kun je doen door aandacht te geven aan de volgende thema’s :

 

  • Actief  : leren door het gewoon te doen en dan observeert
  • Constructief : leren doordat je reflecteert
  • Doelgericht : leren doordat je een voorgenomen plan wilt realiseren
  • Authentiek : leren doordat zaken niet uit hun context gehaald worden maar complex laten zoals ze zich in de werkelijke wereld ook voordoen
  • Samenwerken : leren van en met elkaar doordat er samengewerkt wordt

 

Hoe kan technologie leren vergemakkelijken, ondersteunen?

 

·   Leren van technologie : het laten zien van beeld en laten horen van geluid  om lessen van docenten te ondersteunen

·   Leren mét technologie : de volgende aannames worden gemaakt : (helaas snap ik er niet één van, hoe moet ik hier engage vertalen?)

 

Hoe kan technologie leren stimuleren?

 

  • Als gereedschap om kennis over te dragen
  • ?
  • simulatie van de echte wereld met de complexe problemen
  • sociaal medium om leren door converseren mogelijk te maken
  • als intellectuele partner, reflexiemogelijkheid

 

Hoe kan technologie denken stimuleren?

 

Studenten leren niet van leraren en technologie maar door te denken en te redeneren. Verschillende manieren van denken die met technologie gestimuleerd worden zijn :

 

  • Causaal
  • Analoog
  • Expressie
  • Experimenterend
  • Probleem oplossend

 

Conclusie : Technologie kan studenten niet leren maar wel stimuleren in

 

  • kennisopbouw i.pv. kennisreproductie
  • converseren i.p.v. alleen luisteren
  • zelf onder woorden brengen i.p.v. herhalen wat de ander zegt
  • samenwerken i.p.v. concureren
  • reflecteren i.p.v. voorschiften uitvoeren

 

Hallo